Op het laatste Osho boeken seminar in Hilversum, gehouden in december 2015, bogen enkele van Osho’s ‘sannyasins’ en andere geïnteresseerden zich over de vraag hoe een nieuw publiek voor het gedachtengoed van de omstreden spirituele meester zou kunnen worden geïnteresseerd. Immers, was het niet Osho die wees op het belang van mindfulness, lang voor de term een trend werd? Zou Osho niet antwoorden kunnen geven op vragen waar de moderne mens mee worstelt? Helaas bestond er in 2015 nog maar weinig serieuze aandacht voor ‘s mans nalatenschap, een enkel artikel in de Happinez daargelaten. De Nederlandse uitgever Osho Publikaties, verantwoordelijk voor tientallen vertalingen en bijzondere uitgaven, hield het zelfs recentelijk voor gezien.
De Netflix documentaire Wild Wild Country brengt daar nu op rigoureuze wijze verandering in. Ruim vijfentwintig jaren na zijn dood is Osho, ofwel Bhagwan Shree Rajneesh, nog altijd behoorlijk controversieel. De documentaire is even fascinerend als ontluisterend, maar leidt behalve tot terechte afkeuring van de wantoestanden ook tot hernieuwde belangstelling voor de uitzonderlijke visie van deze belezen en begaafde Indiase leermeester en professor in de filosofie die ooit duizenden ademloos naar zijn lezingen liet luisteren. De wijze waarop Osho het Boeddhisme, de TAO, de leer van Tantra, het Christendom, het werk van de klassieke Griekse en moderne Westerse filosofen, de psychologie en de maatschappelijke uitdagingen van onze tijd wist te duiden blijft, het moet gezegd, tot op de dag van vandaag onnavolgbaar.
Het voornaamste probleem voor wie het werk van Osho niet kent en bereid is om over alle poespas, uitwassen, oordelen en vooroordelen heen te stappen is waar te beginnen in het enorme oeuvre van de moderne zenmeester. Van Osho bestaan duizenden uren aan opnames van lezingen, waarvan nog lang niet alles is uitgebracht in letterlijk honderden boeken. Wat dat betreft is de destijds op het seminar geopperde ‘introductiecursus Osho’ zo gek nog niet.
Een aantal opmerkelijke lezingen waren mij tot voor het seminar onbekend: zijn reflectie op de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en het Manifest voor een Gouden Toekomst uit 1988, uitgebracht twee jaren voor zijn dood in januari 1990.
Wat mij in zijn lezingen aanspreekt is dat Osho nergens pretendeert de waarheid in pacht te hebben, noch claimt hij een religieuze stroming te vertegenwoordigen. Hij fungeert slechts als slijpsteen voor de geest en begeleidt het individu in de zoektocht naar zijn eigen waarheid. Regelmatig spreekt hij zichzelf daarbij bewust tegen: dan weer is TAO de weg, of Zen, of de leringen van Jezus om vervolgens doodleuk te beweren dat Tantra het allerhoogste inzicht vertegenwoordigt. Wie iets over religieuze stromingen wil leren vindt in Osho nog altijd een begenadigd docent.
Wie zichzelf wil leren kennen vindt in Osho een absoluut ontregelende maar liefhebbende gids. Want hoezeer Osho ook zijn best deed om onze vastgeroeste overtuigingen flink door elkaar te schudden, met de jaren ontwikkelde ook hij zich van omstreden provocateur tot overwegend milde zenleraar, met af en toe een choquerend randje.
Nooit heeft Osho gevraagd om zijn lezingen kritiekloos voor zoete koek aan te nemen; integendeel. Het enige waar hij in essentie het meest vurig voor heeft gepleit is bewustzijn in het hier en nu.
Het is in de gespannen transitiefase waarin de wereld zich bevindt de moeite waard om opnieuw en onbevooroordeeld stil te staan bij zijn werk. De plotselinge belangstelling naar aanleiding van Wild Wild Country lijkt namelijk niet louter gebaseerd op sensatiezucht maar op een diepere maatschappelijke behoefte die niet toevallig juist nu ontstaat. De sannyasins die Osho nog live hebben meegemaakt zijn inmiddels op leeftijd: wie iets op wil steken van die generatie of zich anderszins wil verdiepen houdt vooral de zeer volledige website van de Vrienden van Osho in de gaten.