‘Vroeger waren wij hier de culturele voorhoede’, beet de driftige man mij toe, op een manier alsof hij wilde zeggen: ‘En nu niet meer en dat is allemaal jouw schuld’.
Ik moest er stilletjes om lachen, want ik wilde de beste man niet nog driftiger maken.
Ondertussen dacht ik koortsachtig na. De culturele voorhoede… kende ik die eigenlijk? En had ik daar zelf ooit deel van uitgemaakt? Kun je jezelf überhaupt culturele voorhoede noemen? Ik zag gisteren Rogier Roeters in de Verkadefabriek. Zijn allereerste poging om zijn werk naar het podium te vertalen vond ik meesterlijk en behoorlijk vernieuwend. Maar om mezelf dan meteen tot deelgenoot van de voorhoede te bestempelen….
In de jaren 2004/2005 reisde ik voor een opdrachtgever door Europa op zoek naar de nieuwe avant-garde. Dat was een in vele opzichten een bevrijdende ervaring. Zou ik nu moeten aanduiden waar je de voorlopers kunt vinden dan zou ik zelf behalve bij de vernieuwende, inclusieve festivals toch vooral zoeken naar de autodidacten in de rafelranden van onze sociale media, in de kringen rond de betere kunstacademies en de jonge kunstcollectieven binnen en vooral ook BUITEN Europa.
Volgens auteur en historicus Ewoud Kieft in een opiniestuk uit 2021 in het NRC vind je de voorhoede ‘ver buiten de instituties, waar vernieuwende, eigenzinnige kunstenaars het beste gedijen: op vrijplaatsen die ze zelf hebben gemaakt’.
Posters en stickers
Volgens mijn zoon van 19 vind je de huidige avant-garde via posters en stickers, geplakt op de muren en lantaarnpalen van de grote steden. Ik meen de culturele voorhoede ook te bespeuren onder de jongere leden van IETM, een van origine Europees netwerk dat zich globaal oriënteert en waar steeds meer zelfstandigen van buiten de gevestigde orde deel van uitmaken.
Kieft: ‘Het vechten voor een plek binnen de gevestigde orde, was voor de kunstenaars van de vroege avant-garde niet eens een optie. Ze creëerden liever hun eigen vrijplaatsen, hun eigen tijdschriften, hun eigen exposities (…). Punk en hiphop, beide multidisciplinaire kunststromingen, verklaarden de hele stad – alles behalve de instituties – tot hun domein’.
Afijn, f*ck de termen voorhoede en avant-garde. Het zijn maar stempels en beperkende kaders. In niets relevant voor de werkelijke beleving.
Hoe dan ook: het is super interessant om in een internationaal netwerk als IETM te vernemen wat er in speelt, of men nu op de troepen vooruit loopt of niet. Ik kan mijn collega’s uit Nederland dan ook alleen maar aanmoedigen om in de komende herfst deel te nemen aan IETM Focus in Den Bosch.
Waarom? Omdat ik mij realiseer dat vroeger leeg is. Sinds ik probeer om mijn oordelen te laten varen, ontspan en met een open geest toekijk en luister, me meer richt op de vraag dan op het antwoord, wordt alles een fascinerend schouwspel. Zelfs die dingen waarvan mijn ego denkt dat ie het al honderd keer eerder gezien heeft worden daardoor fris en verhelderend.
Wie vroeger de voorhoede was of wie dat nu is: het doet er allemaal niet toe. De bevrijding is volgens mij jezelf radicaal openstellen voor het nieuwe. De echte avant-garde komt van binnen en is in die zin gelukkig voor iedereen beschikbaar.